zaterdag 6 maart 2010

1/3 Isaan-project

Udom is een inspecteur Engels voor de regio Isaan. Hij coördineert het Isaan-project opgezet door het Isaanfund (http://www.fund-isaan.org/). De drijvende kracht achter het fonds en het project is Rony Wuytjens, partner bij Deloitte. Het project heeft twee fases.

In een eerste fase wordt samen met een non profit organisatie ‘Close the gap’(opgezet door een Deloitte medewerker) computermateriaal in verschillende scholen geïnstalleerd. Bij het bezoek aan de scholen blijkt dit materiaal zeer intensief gebruikt te worden. Het wordt echter niet altijd gebruikt om ‘studiewerk’ te doen zo blijkt. Computer games zijn, zo blijkt later op de week bij een rondvraag naar hun favoriet tijdverdrijf, niet slecht te scoren bij de studenten.

In een tweede fase worden gedurende twee jaar vrijwilligers gestuurd naar diverse scholen voor 6 -7 weken. Deze vrijwilligers worden gerecruteerd bij Deloitte. De vrijwilligers wordt gevraagd om 3 à 4 weken verlof op te nemen.
Daarnaast kent het fonds aan bepaalde studenten studiebeurzen toe.

We hebben de gelegenheid om met Udom de eerste praktische aspecten te bespreken. We vernemen in welke scholen we zullen geplaatst worden. Ik vraag steevast om de Thaise naam (ook namen van mensen, zoals de leraars) in een klein notitieboekje neer te schrijven gezien deze voor ons totaal onverstaanbaar zijn, laat staan dat we ze onthouden. De volgende dag blijkt dat 1 van ons toch nog een andere school krijgt. Wij, westerlingen, blijken ons zeer ongemakkelijk te voelen indien er geen planning is of planningen door elkaar worden gegooid. Onze excel-mind laat gewoonweg daar de ruimte niet voor. Indien je het daar echt moeilijk mee hebt, zou dit wel eens een frustrerend kantje kunnen worden van je verblijf. Misschien een opportuniteit om je eerste zen-sessie in praktijk om te zetten.

De eerste kennismaking met het lesgeven hebben we vandaag om 16 u. De 4 studenten waaraan Udom pleegt privé les engels te geven, duiken op. Later op de week zullen we aan deze studenten nog enkele keren rond hetzelfde uur les geven. Als we hen vragen naar hun naam begrijpen we er niets van. Gelukkig heeft iedereen een ‘nickname’. Die bestaat uit slechts enkele letters: pueng, may, pan, yu. Dit zouden de betere studenten uit de klas zijn. Het is dan ook zeer verrassend, ontnuchterend vast te stellen vanaf de eerste minuut dat de studenten niets lijken te begrijpen van wat je vertelt. Met wat zoeken en uitproberen krijg je stilletjes de indruk dat je op hun golflengte geraakt. Na wat geroezemoes onder elkaar beginnen ze tekenen te vertonen van herkenning. De eerste engelse woorden vallen. Daar sta je dan met alle engelse handboeken gekregen van de Don Bosco school in Zwijnaarde. Geen enkele zal je hier kunnen gebruiken … (achteraf bleken deze boeken wel gelukkig zeer nuttig voor de workshops met de engelse leraars). Een ingeving om net voor ons vertrek in de Makro alle leerboeken (met cd rom’s) aan te kopen, komt nu als een geschenk uit de hemel. Deze leerboeken zijn veel minder theoretisch dan wel praktijkboeken, vooral gericht op beginners. Later op de week zouden we nog een verrassende ontdekking doen. Wanneer we hen vragen of ze een email wensen te sturen naar onze dochter Elisabeth die ongeveer hun leeftijd heeft, en ze een ontwerp van hun mail uitschrijven, blijken deze mails bijna zonder fouten te zijn opgesteld ! (wel heel basic als je weet dat kinderen hier al vanaf 7 jaar Engelse les krijgen). Het probleem zit blijkbaar minder in de theoretische bagage. Er is iets dat hen weerhoudt in het Engelse water te springen. De grote verklaring hiervoor is dat vooral de leerkrachten koudwatervrees hebben. In de Engelse les wordt nl systematisch Thai gesproken. Mogelijks is een bijkomende verklaring te zoeken in de woorden die we twee dagen later uit de mond van een regeringsfunctionaris horen terwijl hij in de belangrijkste school van Prasath een toelichting gaf over een internationaal studenten-uitwisselingsprogramma met de US, China, Japan Laos en Cambodja (waar blijft Europa ?). In een slide show verscheen plots de volgende zin in het Engels: “Thai know, but don’t show. ‘Farangs’ (Thai-woord voor buitenlanders) show, but don’t know”. Tijdens de lessen en in gesprekken met de leraars merk je ook dat Engelse klanken zeer moeilijk in de mond liggen en zelfs bijna onuitspreekbaar zijn voor de Thai (F, V, X, Z, CH …) Bovendien spreken ze het laatste deel van een woord niet uit.. Dat we na deze eerste les met Udom in een plaatselijk hotel een duik in het zwembad konden nemen, kwam goed van pas om even op verhaal te komen na deze en andere belevenissen van de eerste dagen.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten